vaccineer
vaccineer - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaccineren ♢ Ik vaccineer 2. gebiedende wijs van vaccineren ♢ vaccineer! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaccineren ♢ vaccineer...
Wiktionary (2019)
vaccineer - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaccineren ♢ Ik vaccineer 2. gebiedende wijs van vaccineren ♢ vaccineer! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vaccineren ♢ vaccineer...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: