Tort
(Fr.), in de uitdr. à tori et à travers, met alle geweld, doldriftig.
Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)
ongelijk; nadeel; onrecht, verongelijking; torts, ook: verkeerdheden, tekortkomingen; avoir tort, ongelijk hebben; er verkeerd aan doen; il a tous les torts, hij heeft in alle opzichten ongelijk; het ongelijk is helemaal aan zijn kant; donner tort, ongelijk geven; faire tort à, onrecht aandoen, verongelijken, verkorten; te kort doen (aan); f...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M. J. Koenen's (1937)
m.; (Fr. Z.-N. schade): iem. tort doen, benadelen, spreekt.; zie à tort et à travers; Fr. uitspr.
J. Kramer (1908)
(fr.) ongelijk, onrecht, schade. A tort: ten onrechte; d tort et d travers: met alle geweld, door dik en dun.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: