Wat is de betekenis van Tibialis?

2025-07-25
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Tībĭālis

e, tot het scheenbeen behorende; subst., tibialia, ium, n. banden om de benen (ter verwarming), kousen, Suet.

2025-07-25
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Tibialis

tot het scheenbeen behoorend; zie Arteria, Musculus, Nervus. Tibialisverschijnsel (v. Strümpell), verschijnsel bij cerebrale parese, bestaande uit buiging van den voet en opheffing van den binnenrand van den voet bij een proef om de dij, zoo deze wordt tegengehouden, op te heffen.

2025-07-25
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Tibialis

tot het scheenbeen behorend; zie Arteria, Musculus, Nervus. Tibialisvers c h ij n s e I (V. S t r ü m p e l l), verschijnsel bij cerebrale parese, bestaande uit buiging van de voet en opheffing van de binnenrand van de voet bij een proef om de dij, zo deze wordt tegengehouden, op te heffen.

2025-07-25
Prisma Latijn Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)