Theodor albert liebner
duitsch godgeleerde (prot.), geb. 1806, werd 1835 hoogleeraar te Göttingen, in 1844 te Kiel, in 1851 te Leipzig en in 1855 eerste hofprediker en ondervoorzitter van het consistorie te Dresden. Eerst wijdde hij zich bijzonder aan de studie der kerkgeschiedenis, als vrucht van welke zijn geschrift Hugo von St. Victor (1832) verscheen, later meer...