Wat is de betekenis van terd?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Terd

m. (-en), (Zuidn.) voorste deel van de voetzool.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

terd

m. terden (Z.-N. tred, voorste deel van de voetzool).