Wat is de betekenis van Suppleeren?

2025-07-27
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Suppleeren

(banktechnisch), aanvullen van het onderpand. Bij credieten met effecten tot onderpand (prolongatie, beleening, rekeningcourantcrediet) moet de koerswaarde van deze effecten minstens een bepaald procent meer zijn dan het bedrag van de leening. Daalt de koerswaarde beneden de minimum onderpandswaarde, dan moet gesuppleerd worden. Vgl. → Surplus...

2025-07-27
Encyclopaedie van Nederlandsch West-Indië

Herman Daniël Benjamins, Joh. F. Snelleman, Martinus Nijhoff, E.J. Brill (1914-1917)

Suppleeren

SUR. Plantersterm; het vervangen van afgestorven cultuurgewassen door jonge planten.

2025-07-27
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

suppleeren

suppleeren, - aanvullen; bijbetalen.

2025-07-27
De kleine Zuiveraar - vreemde woorden woordenboek

G.F. Callenbach (1908)

Suppleeren

aanvullen.

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Suppleeren

Suppleeren - (suppleerde, heeft gesuppleerd), aanvullen, vol maken.

Gerelateerde zoekopdrachten