Wat is de betekenis van Structūra?

2025-07-24
Papiaments woordenboek

Papiaments woordenboek

structura

bouw (structuur), structuur

2025-07-24
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Structūra

1. ae, f. eig., samenvoeging, metselwerk, bouwtrant, -orde, parietum, Caes., structurae antiquae genus, Liv.; meton., bouw, aerariae structurae, mijnwerken, Caes. 2. ae, f. overdr., samenvoeging, rangschikking, bouw, verborum, Cic.

2025-07-24
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Structura

(Lat., bouw, samenstelling), samenstelling, bouw van een orgaan of praeparaat. Structure fonctionnelle (Fr.), bouw van een orgaan die in hooge mate overeenkomt met zijn verrichting (Roux).

2025-07-24
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Structúra

(Lat., bouw, samenstelling), samenstelling, bouw van een orgaan of praeparaat. Structure fonctionelle (Fr.), bouw van een orgaan die in hoge mate overeenkomt met zijn verrichting (Roux).

2025-07-24
Prisma Latijn Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)