STOEFER
m. (-s).
Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)
opschepper (informeel) Cyriel is 'ne grote stoefer, maar 'k heb er toch veel plezier mee gehad': zo zou Hendrik Borginon het uit zijn mond hebben gehoord. (Joris Van Parys, Het leven, niets dan het leven) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal Gangbaarheid: 1 Vlaamsheid: 4
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Peter Bakema (2003)
(de, -s) opschepper. Hij zou ook een beetje een stoefer zijn, fier op zijn BMW en zijn dure kleren. - GvA, 17-12-2001.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: