STINKEND
bn. bw. (-er, -st), 1. kwalijk riekend, stinkende voeten; een stinkende adem; een benauwde, stinkende lucht; stinkende moerassen; (plantk.) stinkende gouwe, zie bij Gouw (IV); — (bw.): het is er stinkend vuil, zó vuil dat het er stinkt; 2. afkeer of tegenzin wekkend: een stinkende le...