Wat is de betekenis van STAKETSEL?

o. (-s), 1. staket (1.): ze leunde tegen het achterhekje, een grijsgeverfd staketseltje, dat wiebelend meeboog onder haar zwaarte; 2. rij palen, dwars door een water ingeslagen, ten einde de vijand het gebruik van dat water te beletten; 3. (Zuidn.) pier.

Een staketsel is een constructie, - vaak van houten palen of balken - die wordt gebruikt als steiger of aanlegplaats aan de kust. Het kan dienen als steunpunt voor een pier, als platform voor vissers of om boten aan te meren. Staketsels worden vaak gebouwd op plekken waar de zee de toegang tot de kust beperkt of waar havens nodig zijn.

Het hekwerk rondom de galerij van een standerdmolen.

skutting van pale.

s.n., staket (it), (refter)stek (it), rechterstek (it); een — maken, stekje.

(estacade), afsluiting te water, door palen of drijf bomen; vervult de taak van palissadering te land.

of staketting was in de vestingbouw oudtijds de algemene benaming voor een afsluiting of hindernis in plaats van een wal of muur; later is het meer in het bijzonder een versperring in het water (Fr. estacade), vervaardigd uit zware balken of drijfbomen, door ijzeren kettingen gekoppeld.

Een rij staken of palen, op geringen afstand van elkander in den grond geplaatst, onderling verbonden. Een wildbaan met een staketsel omtuind. Een staketsel in het water, om watervogels in op te sluiten Staketsel, dat een doorgang afsluit. Fig.: hindernis, belemmering. Staketwerk paste men vroeger veel toe op zeedijken. Het waren palenrijen in een...

o. (-s; -tje) rij, schutting van onderling verbonden staken of palen.