SPOOK
o. (spoken), 1. bovennatuurlijke, gewoonlijk nachtelijke en angstwekkende verschijning; inz. rondwarende geest van een afgestorvene: geloof aan spoken; vrees voor spoken; — zo mager als een spook, vel over been. 2. hersenschim, waanvoorstelling, schrikwekkende gedachte: een spook der verbeelding; hij ziet overal spolce...