sjechina
sjechina - Zelfstandignaamwoord 1. (Jiddisch-Hebreeuws) goddelijke aanwezigheid Woordherkomst Herkomst: Hebreeuws
Wiktionary (2019)
sjechina - Zelfstandignaamwoord 1. (Jiddisch-Hebreeuws) goddelijke aanwezigheid Woordherkomst Herkomst: Hebreeuws
Prof.dr. Pieter W. van der Horst (2006)
lett. ‘inwoning,’ in de rabbijnse literatuur de technische term voor Gods aanwezigheid op aarde, met name in de tempel in Jeruzalem, maar ook zijn ‘wonen’ onder de mensen (in die laatste zin vergelijkbaar met de rol van de Heilige Geest in het christendom).
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
F.W. Grosheide (1926)
De naam voor de wolk, waarin de heerlijkheid des Heeren verscheen aan Israël (Ex. 14 : 20; 16 : 10; 19 : 9, 16; 24:15; 34:5; 40 : 34—38; Lev. 16:2; Num.9:15-22; 10:11, 12, 34; 11 : 25; 12 : 10; 14 : 14; 16 : 42; Deut. 1 : 33; 5 : 22). Het woord sjechinah is afgeleid van het werkwoord sjachan en beteekent wonen of beter nog de eerste bete...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: