sjars, sjas
(1912) (< Fr. chasse, jacht, berisping) (inf.) stevig standje. • Zoo heb ik een keer een sjars gehad om dien Pangeran Ratoe (dat beteekent „de hooge vorst”) te pakken; dat was een schooier eersteklas; die had al wel negentig moorden op z’n geweten, „politieke” dan soms, ziet u? of voor vrouwen. (J.J. Bekaar: Ho...