simultaneum
o. gemeenschappelijk ding, inz. één kerk in gebruik bij twee gezindten.
Fokko Bos (1914)
simultaneum - o., recht van meer dan één godsdienstige gezindte op een zelfde kerk- of schoolgebouw.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
J. Kramer (1908)
(lat.) gemeenschappelijk gebruik van een kerk door verschillende godsdienstige gezindten.
Jacobus Kok (1780)
Bij deezen naam is, onder de Kerkelijken, bekend, eene gewoonte, welke men, op verscheiden Plaatsen, in het Staats Land van Overmaaze, heeft ingevoerd. Volgens dezelve dient het zelfde Kerkgebouw ter onderhoudinge van de Openbaare Godsdienstoeffeninge, voor de Hervormden en de Roomschgezinden. Wanneer de eerstgenoemden openbaare Vergadering...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: