Wat is de betekenis van Silicaten?

onb. w. en zn. o., het bestrijken van muren met silicaatverf.

silicaten - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord silicaat

kiezelzure zouten. Zij komen in de natuur in zeer grote hoeveelheden en in vele soorten voor. Voorbeelden zijn: veldspaat, klei en glimmer. Hieruit bestaan de zogenaamde silicaatgesteenten (b.v. graniet, porfier en basalt).

vormen een uiterst belangrijke en tevens de grootste groep van de mineralen. De indeling van de s. was vroeger volgens de veronderstelde zouten van kiezelzuren. Na het röntgen-onderzoek worden de s. thans ingedeeld volgens de bouw van de kristalstructuren en wel in: a. zware silicaten (vb. olivien); b. vezelsplijters (vb. pyroxeen); c. blads...

zouten afgeleid van kiezelzuur*, H2SiOs; bestanddeel der meeste gesteenten. Natriumsilicaat wordt op technische schaal gefabriceerd: waterglas*.

kiezelzure zouten, kiezelaardeverbindingen; → siliciumverbindingen.

Silicaten - zijn in de natuur zeer verbreid; zij vormen de mineralen der gesteenten en bouwen vrijwel de geheele steenschaal der aarde op ; eenige belangrijke s. onder de mineralen zijn : stauroliet, toermalijn, andalusiet, sillimaniet, topaas, euklaas, datoliet, godoliniet, humietgroep, epidootgroep, vesuviaan, calamien, ceriet, olivijngroep, phen...

SILICATEN - o. mv. (scheik.) kiezelaarde-verbindingen ; kiezelzure zouten.

Silicaten zijn kiezelzure zouten, vooral voorkomende in het rijk der delfstoffen en een derde gedeelte van alle bekende mineralen uitmakende. Die veelvuldigheid der Silicaten in de natuur ontstaat niet alleen door de qualitatieve verscheidenheid der elementen, die met silicium en zuurstof in de verbinding voorkomen, maar vooral door de quantitatiev...