Wat is de betekenis van Schutterij?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Schutterij

v. (-en), 1. eert. de naam van plaatselijke corpsen van in de wapenhandel geoefende burgers die in tijd van oorlog mede hun stad moesten verdedigen en voorts belast waren met de wacht en de handhaving van de orde ; van 1815 tot 1901 maakte de schutterij deel uit van de militaire organisatie en bestond uit alle manlijke ingezetenen van 25 tot...

2025-07-24
Rijksmuseum

Rijksmuseum (2017)

Schutterij

In de Middeleeuwen hadden alle weerbare mannen dienstplicht. Zij vochten met simpele wapens. De invoer van pijl en boog leidde in de 14de eeuw tot de oprichting van schietverenigingen, schutterijen. De leden heetten naar de wapens waarmee zij oefenden: Handboogschutters en Voetboogschutters. Na 1500, met de komst van de vuurwapens, 'klovers', ontst...

2025-07-24
Memo Educatie

Uitgeverij Malmberg (2004)

Schutterij

Vereniging van weerbare burgers die de taak hebben om de stad te verdedigen.

2025-07-24
XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Schutterij

Schutterij - Van oudsher behoorde het tot de plichten, die men als poorter (zie: Poorterschap) van een stad had, bij te dragen tot de verdediging van de stad in oorlogstijd. Daartoe moest men zich in vredestijd prepareren en dat gebeurde in de schutterij. Deze heeft in A. al vroeg bestaan; zij moet al in de 14de eeuw een schuttersdoelen, een oefenp...

2025-07-24
Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Schutterij

Burgerkorpsen, die zorgden voor de plaatselijke veiligheid en handhaving van rust en orde. Ten tijde van de Republiek der Verenigde Nederlanden (1594-1795) bestonden er in vele steden al schutterijen. Bij de grondwet van 1814 werden de schutterijen opnieuw ingesteld om in tijd van oorlog te dienen als versterking van het leger. Onderscheid werd gem...

2025-07-24
Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Schutterij

De plaatselijke schutterij van 1827 tot 1907, niet te verwarren met de schutterijen van vóór de Franse Tijd, die na de Franse bezetting ingelijfd werden in het landsleger. De schutterij had tot taak de orde en rust in de gemeente te handhaven en kon daarnaast dienen ter aanvulling van de krijgsmacht. In deze verschilde de schutterij v...

2025-07-24
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

SCHUTTERIJ

zie: Gilden.

2025-07-24
Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Schutterij

vm. naam van een Ned. gewapende macht, geregeld bij de wet van 11.4.1827. Bestemd om in oorlogstijd het grondgebied mee te helpen verdedigen en voor de handhaving van de binnenlandse rust te zorgen. De sterkte bedroeg 2 man op iedere 100 inwoners in elke gemeente. Bij wet van 24.7.1901 (Landweerwet) opgeheven; metterdaad 1907 verdwenen.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Schutterij

s., skutterij.