Schaapshoofd
o. (-en), 1. hoofd van een schaap; 2. paardekop die op een schaapshoofd gelijkt (als ramshoofd maar met fijnere mond en kin); 3. (fig.) domoor, lomperd.
Van Dale Uitgevers (1950)
o. (-en), 1. hoofd van een schaap; 2. paardekop die op een schaapshoofd gelijkt (als ramshoofd maar met fijnere mond en kin); 3. (fig.) domoor, lomperd.
Veerman (1954)
(paard) Hierbij is de profiellijn van het hoofd convex gebogen, het sterkst aan het voorhoofd; de oren zijn iets hangend (z. Exterieur).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: