Wat is de betekenis van Satijnhout?

o., ben. voor versch. zware en harde tropische houtsoorten die op de zaagsnede een fijne, zijdeachtige glans vertonen: men heeft geel, bruin en rood satijnhout en gebruikt het veel voor fijn meubelwerk.

satijnhout - Zeer hard, geelachtig bruin hout van een Oost-Indische boomsoort (Choroxylon swietenia) uit de familie Meliaceae; het hout heeft een satijnachtige glans en wordt vooral gebruikt voor fijn houtwerk en voor gereedschap.

(i.h.b.:) 1. (de, -), boomsoort met kleine bloempjes in hoofdjes (Brosimum rubescens, Bospapajafamilie). Satijnhout ( ), een hoge boom van het regenbos; kernhout levert een der mooiste Surinaamse houtsoorten, geschikt voor de meubelindustrie (Enc.Sur. 546). 2. (het), hout van deze boom. Zo kwam er hier in vroegere tijden een Frans schip aan, de &ls...

is de Sur. naam voor Brosimum paraense HUBER, een boom uit het Amazonebekken, de Guyana's en Suriname.

verzamelnaam van enige houtsoorten, die zich onderscheiden door lichtgele kleur en zijdeachtige glans. Voor fijne meubels wordt gebruikt W.-Indische S. afk. van Fagara flava. Het O.-Indische S. komt van Chloroxylon Swielenia; het is harder en zwaarder.

is de benaming voor enige houtsoorten uit de familie der Rutaceeën, die men naar het land van herkomst onderscheidt in: Brits-Indisch satijnhout en Ceylon-satijnhout of citroenhout afkomstig van Chloroxylon Swietenia D.C.; het is een houtsoort met fraai geel kernhout en mooie zijdeachtige glans, fijne nerf en meestal gol...

Houtsoort, afkomstig van verschillende boomsoorten in Oost- en WestIndië. De gepolijste zaagsnede heeft een satijnachtigen glans. Van satijnhout maakt men fijne meubelen: In Amerika dikwijls trapleuningen.

glanzend hout uit W.-Indië en Z.O.-Azië.

Atlashout, hout van de Chloroxyloor.