Wat is de betekenis van Ruysch, Frederik?

2025-07-23
XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Ruysch, Frederik

Ruysch, Frederik - Frederik Ruysch (1638-1731), was apotheker in Den Haag, ging vandaar enige jaren elke dag te voet naar Leiden om medicijnen te studeren, promoveerde in 1664, werd twee jaar later lector en in 1668 hoogleraar in de geneeskunde te A. Hij was een zeer bekwaam anatoom, wiens collectie preparaten o.a. de bewondering van tsaar Peter d...

2025-07-23
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

RUYSCH, frederik

Nederlands anatoom (’s-Gravenhage 23 Mrt 1638 - Amsterdam 22 Febr. 1731), studeerde in de geneeskunde te Leiden en te Franeker en werd in 1665 hoogleraar in de anatomie te Amsterdam, waar hij sinds 1685 ook plantkunde doceerde. Hij is de ontdekker van de kleppen in lymph- en chylusvaten en beschikte over een methode om de fijne bloedvaten met een v...

2025-07-23
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Ruysch, Frederik

(ontleedkundige te Amsterdam, 1638—1731). Membraan van R., lamina choriocapillaris der chorioidea. Aderen van R., venae vorticosae.

2025-07-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Ruysch, frederik

Ned. anatoom, *28.3.1638 ’s-Gravenhage, †22.2.1731 Amsterdam. Ruysch ontdekte in 1665 de klepvliezen in de lymfvaten. Hij verzamelde een uitgebreide collectie anatomische preparaten (vooral vaatpreparaten), die in 1698 door Peter de Grote gekocht werd voor de universiteit van Sint-Petersburg.