Wat is de betekenis van Rūmŏr?

2025-07-28
Papiaments woordenboek

Papiaments woordenboek

rumor

gerucht, rumoer

2025-07-28
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Rumor

rumoer, geraas.

2025-07-28
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Rūmŏr

ōris, m. 1. in 't alg., elk dof geluid, b.v. van roeiriemen, rumore secundo, Verg.; het mompelen, gonzen, verward geschreeuw (van een mensenmassa), inz. vaak rumore secundo, onder toejuichingen, Hor., Tac. 2. praegn., gerucht, praatje. | mening van het volk, roep, rumore adverso esse, in een kwade naam staan, Liv., zo ook...

2025-07-28
Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

rumor

m. gerucht; gedruis, rumoer.

2025-07-28
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Rumor

(Lat.,geraas). R.confrictationis, wrijfgeruisch. R. poculi fessi (Lat., van een gebarsten beker), = bruit de pot fêlé. R. venosus, adergeruisch = bruit de diable, bromtolgeluid (Nonengerausch).

2025-07-28
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Rúmor

(Lat., geraas). R. confricatiónis, wrijfgeruis. R. póculi fessi (Lat., van een gebarsten beker), = bruit de pot fêlé. R.venósus, adergeruis, = bruit de diable, bromtolgeiuid (Nonnengeräusch).

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Rumor

Karl, eigenlijk: Karl Ast, Estisch schrijver, *19.2.1886 Orava, ♱9.7.1971. Rumor reisde veel, werkte als persattaché in Zweden en als consul in Rio de Janeiro. Als schrijver debuteerde hij met een verzameling korte verhalen, Sddsed tormis (1911; Muggen in de storm). Hij schreef reisboeken en twee verzamelingen korte verhalen: Uned ja mured (...

2025-07-28
Prisma Latijn Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)