rook , damp
(ro:k) m. [~ ruiken] grijze of zwarte damp die van brandende stoffen opstijgt: de stijgt op, walmt; — komt uit het geschut, een pijp, een schoorsteen, een sigaar, een vulkaan; een dikke, stinkende -; geen verdragen kunnen; is slecht voor de ogen; dat vlees smaakt naar de -; vlees en vis hangt men in de in de schoorsteen om ze te verduurzamen....