Wat is de betekenis van Remarquabel?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Remarquabel

(<Fr.), bn. (-er, -st), opmerkelijk, opmerkenswaard; merkwaardig.

2025-07-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

remarquabel

opmerkenswaardig, opmerkelijk.

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

remarquabel

bn. (Fr. remarquable: opmerkenswaardig, opmerkelijk, merkwaardig).

2025-07-25
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

remarquabel

opmerkelijk.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Remarquabel

Remarquabel - bn. (-er, -st), opmerkelijk, opmerkenswaard; merkwaardig.

2025-07-25
Beknopt kunstwoordenboek

I.M. Calisch (1864)

remarquabel

remarquabel - bn. (remarquabeler, remarquabelst), opmerkelijk, opmerkenswaardig

Gerelateerde zoekopdrachten