rechtshandigheid
rechtshandigheid - Zie handigheid.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
(exper. psychol.), de voorkeur voor het gebruik der rechterhand, die meer of minder sterk tot uiting komt bij het meerendeel der menschen. Die voorkeur komt tot stand vnl. op grond van aanleg (echte r.) ofwel door invloed van de omgeving (verworven of schijn-r.). Een kind met aanleg voor linkshandigheid kan zoo schijnbaar tot rechtshandige gemaakt...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v., dextromanie, aangeboren voorkeur voor het gebruiken van de rechterhand. Bij rechtshandigheid (de meest voorkomende situatie) is de linkerhelft van de grote hersenen overheersend, bij linkshandigheid de rechterhelft. Rechtshandigheid gaat daarom gepaard met rechtsvoetigheid.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: