Wat is de betekenis van Rangeren?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Rangeren

(rangeerde, heeft gerangeerd), (<Fr.), 1. (veroud. of ongew.) in een bepaalde volgorde schikken, ordenen: hoe goed gerangeerd zijn haar argumenten; 2. (spoorw.) treinen of losse spoorwagens in een bepaalde volgorde op een spoor of naar andere sporen manoeuvreren: een goederenwagen die nu was losgekoppeld en naar vrij spoor gerangeerd...

2025-07-24
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Rangeren

[Fr. ranger, van rang, van Germ. kring = cirkel] ordenen, op regel zetten; treinstel wisselen, op ander spoor brengen.

2025-07-24
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Rangeren

van spoor wisselen; ordenen

2025-07-24
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Rangeren

spoorwegwagons aan elkaar koppelen en losmaken en op ander spoor brengen; zich rangeren : zich in de maatschappelijke orde voegen,

2025-07-24
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Rangeren

v., wikselje.

2025-07-24
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

rangeren

schikken, ordenen, in orde stellen; zich ~, zijn ongeregeld jongeluisleven vaarwel zeggen.

2025-07-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

rangeren

gerangeerd (Fr. in orde brengen, ordenen; het op een ander spoor brengen, in-elkaar-zetten van treinen), (g = zj).

2025-07-24
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

rangeren

schikken, in orde brengen.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

rangeren

(ran’zje:rən) (rangeerde, heeft gerangeerd) 1. het in elkaar zetten, in orde brengen, ordenen: een trein -. 2. tot zijn plicht brengen: iemand -.