Rang
m. (-en), 1. (niet alg.) rij, reeks: een halssnoer bestaande uit paarlen in twee rangen aflopend geregen; (Zuidn.) rij van personen, gelid: de officieren marcheerden tussen de rangen; 2. elk der groepen van plaatsen voor het publiek in een schouwburg, bioscoop, circus en derg., die samen naar kwaliteit en prijs een opklimmende reeks vorme...