Wat is de betekenis van Pusillaniem?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Pusillaniem

(<Fr.-Lat.), bn., kleinmoedig.

2025-07-29
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Pusillaniem

[Lat. pusillanimis, van pusillus = zeer klein, verklw. van pusus = knaap, en animus = geest] kleinmoedig.

2025-07-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

pusillaniem

kleinmoedig.

2025-07-29
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Pusillaniem

kleinmoedig, laf

2025-07-29
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

pusillaniem

kleinmoedig, versaagd.

2025-07-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

pusillaniem

bn., bw. (Fr. pusillanime [Lat. pusillanimus]: kleinmoedig; onbeduidend).

2025-07-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

pusillaniem

enz. = puzillaniem enz.

2025-07-29
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

pusillaniem

pusillaniem - kleinmoedig, laf.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Pusillaniem

Pusillaniem bn. kinderachtig, onbeduidend.