Wat is de betekenis van pree?

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Pree

(<Fr.), m., (Zuidn.) 1. soldij; 2. werkloon: zijn pree trekken; 3. betaaldag: ’t is vandaag pree; 4. zakgeld.

2025-07-23
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

pree

loon Morgen nog verhuisde hij naar een gemeente met groen en kocht hij een nieuwe camionette. Als de groenen hun zin kregen, zou hij extra belastingen betalen omdat de zijne zoveel verbruikte, en dan nog wel diesel, maar waarom moest hij worden gestraft omdat hij geen nieuwe kon kopen? Andere mensen de les spellen was gemakkelijk met een dikke...

2025-07-23
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

pree

(de, -s) zakgeld.loon, salaris. Maanden geen pree krijgen is niet grappig. - LN, 21-11-2001 - een vette pree, een goed salaris. De president verlegt zijn marktgrenzen, de paus kan eindelijk komaf maken met een atheïstisch regime en de vakbondspersoon wordt een stroman met vette pree. - DM, 07-04-2000. Zie soldij.

2025-07-23
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Pree

betaaldag; werkloon

2025-07-23
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

pree

- Zie ook de dialectwdb., o.a. BO, C., J., R., S. en T.B. 1. Soldij (van een soldaat). 2. In ’t alg.: loon, zowel in toep. op dagloon, weekloon, als maandsalaris, jaarsalaris; - vand. ook: betaaldag; 't is vandaag weer pree. Ik weet het, de pree kan beter zijn. Maar wordt onze arbeid in Wallonië vetter betaald? WACHTERS 1946...

2025-07-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

pree

m. (Fr. prêt: Z.-N. werkloon; zakgeld; betaaldag): zijn pree ontvangen; ‘t is vandaag pree.

2025-07-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

pree

(pre:) v. (-én) [Fr. prêt, soldij <] wat uitbetaald wordt nl. 1. loon : zijn trekken. 2. zakgeld : zijn is op.

2025-07-23
Prisma Fries Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)