Wat is de betekenis van plotseloos?

2025-07-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

plotseloos

(1908) (sch.) plotseling. • De grap is kostelijk geslaagd, maar doet ons plotseloos zeer wantrouwig omzien naar het telegram gisteravond gepubliceerd waarin onza correspondent te Soerabaja ons meldt dat... Hilgers gevlogen heeft. (De Preanger-bode, 02/04/1913) • Na zoo'n bui van bandelóósheid kwam hij soms tot moedeló...

Gerelateerde zoekopdrachten