Piston
I. (Fr.), m. (-s), 1. zuiger; 2. ventiel van een koperen blaasinstrument; 3. koperen blaasinstrument met ventielen (verkorting van cornet à piston): op de piston spelen; 4. pistonist: 5. (Zuidn.) slaghoedje, knalpatroon voor een kinderpistool (ontleend aan fr. fusil d piston); II. v. (-nen), ton waarin men watert.