Wat is de betekenis van piloot?

(<Fr.), m. (piloten), 1. (thans w.g.) loods; 2. vliegtuigbestuurder; 3. zeemanshuis, jekker.

Het begrip piloot heeft 4 verschillende betekenissen: 1) iemand die een vliegtuig bestuurt. iemand die een vliegtuig bestuurt; bestuurder van een vliegtuig; ook: het beroep van piloot. 2) iemand die een raceauto bestuurt. iemand die een raceauto bestuurt; bestuurder van een raceauto; autocoureur. 3) iemand die een bobslee bestuur...

1) (2015) (sold.) chauffeur. • Als je mazzel hebt, kun je als piloot bij Van Heutsz worden aangesteld als foef. Je rijdt dan een beetje rond met een mvk, doet af en toe wat BeVo, deelt LuPa”s uit, of je draait zo nu en dan een KaDi, maar het grootste deel van de dag knaag je gratis wobro”s en lig je vooral pob. (Jeroen Guliker: Nie...

piloot - zelfstandig naamwoord uitspraak: pi-loot 1. bestuurder van een vliegtuig ♢ de piloot zette het toestel keurig aan de grond Zelfstandig naamwoord: pi-loot de piloot de piloten...

Iemand die optimistisch biedt, vooral wanneer voor zijn partij een manche of slem in het verschiet ligt. Piloot is een wat minder ongunstige kwalificatie dan overbieder

autocoureur In de race nam de Rumbekenaar een kanonstart, maar een andere piloot drumde hem op het gras en met vuile banden maakte hij nog foutjes in de openingsronde. (Het Belang van Limburg) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal Gangbaarheid: 7 Vlaamsheid: 1

piloot

als eerste deel van samenstellingen: pilot-, model-, proef-

piloot - Personen bevoegd tot het bedienen van de controlepanelen van luchtvaartuigen of boten.