Wat is de betekenis van Pick?

2025-07-27
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Pick

ziekte van —, genoemd naar de Oostenrijkse psychiater Arnold Pick (1851-1924), een praeseniele psychose, die soms familiair optreedt. Zij is gekenmerkt door een verlies van initiatief en geheugen: de patiënt kan zich bekende plekken niet meer voorstellen. Desoriëntatie valt vroeg op naast lichtgeraaktheid. Echolalie, het nazeggen va...

2025-07-27
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

pick

I. 1. punthouweel; haaksleutel; tandenstoker; 2. pluk; keus; the pick of..., de (het) beste van..., het puik(je) van...; II. hakken, (op)pikken, prikken, opensteken; uitpeuteren; (af)kluiven; (af-, uit-)pluizen; schoonmaken [salade]; plukken [vruchten, bloemen en gevogelte]; (uit)zoeken; (uit)kiezen; pick holes in, vitten op, critiseren; pick oakum...

2025-07-27
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Pick

pik, houw.

2025-07-27
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)