peuter, klein kind
m. (-s), 1. klein persoon; 2. m.n. liefkozende ben. voor een klein kind: slaapt de kleine peuter al?; 3. kind dat jonger is dan een kleuter, maar geen baby meer (ca. 1 ½ -4 jaar). De ontwikkeling van de peuter verloopt zeer snel, lichamelijk, cognitief en sociaal, met als hoogtepunten het zindelijk worden, de taalontwikkeling, en de ik-o...