Peper
(<Lat.), v., 1. de als specerij gebruikte vrucht met scherpe, hete smaak van de peperstruik: witte peper, de rijpe en van de vruchtschil ontdane bessen van de peperstruik; zwarte peper, de onrijpe gedroogde bessen; grove peper, de peperkorrels; fijne peper, gemalen peperkorrels; — de peper werd eertijds tegen...