Wat is de betekenis van Pardaf?

(Zuidn.) I. tw., klanknabootsing van iets, dat valt of losbrandt. II. zn. m. (-fen), slag: —pardaf krijgen, slaag krijgen.

(tussenwerpsel) klanknabootsing van iets wat valt of losbrandt: pardoes!, pats!, plof! Pardaf tegen de grond. - HN, 27-06-2002.

Z.-N. 1. tw., bw. (pardoes); 2 m. pardaffen (slag).

(par’daf) 1. tw. klanknabootsing van iets dat valt of losbrandt 2. m. (-fen) slag.

Pardaf tw. (Zuidn.) klanknabootsing van iets, dat valt of losbrandt.