Openstoten
(stiet open, heeft opengestoten), met een stoot openen: een luik openstoten.
J. van Donselaar (1936)
(stootte open, heeft opengestoten), 1. openduwen. Wanneer ik op een middag op het afgesproken uur het tuinhek openstoot na buiten de hibiscushaag gefloten te hebben, verschijnt hij niet als gewoonlijk in het onderhuis (de Rooy 1979: 19). 2. van bomen en andere plantengroei ontdoen met behulp van tree-dozers of andere rijdende machines (gezegd van...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: