Wat is de betekenis van Opbinden?

(bond op, heeft opgebonden), 1. naar boven omslaan en daar vastbinden: het haar opbinden; bij een paard de staart opbinden; 2. tot steun aan iets vastbinden: rozen opbinden; een wingerd opbinden; 3. een kledingstuk, een deel van een uitrusting enz. van boven of ter juister plaatse vastbinden: ik moet mijn rok even op...

v., opbine.

bond op, h. opgebonden (1 omhoog binden, in de hoogte vastmaken; in de hoogte doen zijn; 2 Z.-N. schoven binden): 1. de staarten der paarden opbinden, door er knopen in te leggen; de staarten der koeien opbinden met een leren riempje; 2. koren opbinden; nog: Z.-N. iem. iets op de mouw spelden.

('ob) (bond op, heeft opgebonden) 1. naar boven omslaan en daar vastbinden: het haar -. 2. naar omhoog vastbinden : rozen -. 3. naar omhoog samenbinden : andijvie -; koren (in schoven) -.

(bond op, heeft opgebonden), 1. omhoog binden: het haar -; bij een paard de staart opbinden; de borsten om de lactatie te doen beëindigen; 2. tot steun aan iets vastbinden: rozen, een wingerd opbinden; 3. een deel van een uitrusting enz. ter juister plaatse vastbinden: ik moet eerst mijn schaatsen wat opbinden; het koren opbinden, in schoven...

Opbinden (bond op, heeft opgebonden), naar boven omslaan en daar vastbinden: het haar opbinden; bij een paard den staait opbinden; — tot steun aan iets vastbinden: rozen opbinden; een wingerd opbinden; — (fig. gemeenz.) iem. de broek opbinden, hem narijden of tot zijn plicht aansporen; — (Zuidn.) iem. iets opbinden, hem iets wij...

...

...