Wat is de betekenis van Ongedeeld?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ongedeeld

bn., 1. niet gemeenschappelijk met iem. anders: een Eden, voor de vreugd geschapen, is, ongedeeld, een woestenij (Staring); 2. onverdeeld, in zijn geheel blijvende : de éne, ongedeelde koninklijke wil; 3. (plantk.) zonder diepe insnijdingen of afdelingen: ongedeeld blad; 4. onvermengd: een ongedeeld geluk ergens in vinden.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

ongedeeld

(ongə'de:lt) bn. en bw. 1. slechts aan een persoon eigen : in -e vreugde. 2. onverdeeld: de -e koninklijke wil. 3. onvermengd : een geluk genieten. 4. Plantk. zonder afdelingen of insnijdingen ; een blad.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Ongedeeld

Ongedeeld bn. niet gemeenschappelijk met iem. anders : een Eden, voor de vreugd geschapen, is, ongedeeld, eene woestenij; — onverdeeld, in zijn geheel blijvende : den éénen, ongedeelden koninklijken wil; — (plantk.) ongedeeld blad, zonder diepe insnijdingen of afdeelingen; — onvermengd: een huwelijk, waarin hij nim...

Gerelateerde zoekopdrachten