Wat is de betekenis van Omduikelen?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Omduikelen

(duikelde om, heeft en is omgeduikeld), 1. zich duikelend ronddraaien, buitelen, zodat men weder in dezelfde stand terugkomt: die jongen heeft zesmaal achter elkander omgeduikeld; 2. (gemeenz.) omvallen, omrollen: dat ding is wat topzwaar en is al herhaaldelijk omgeduikeld.

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Omduikelen

omduikelen, (duikelde om, heeft en is omgeduikeld), zich duikelend ronddraaien, buitelen, zoodat men weder in denzelfden stand terugkomt : die jongen heeft zesmaal achter elkander omgeduikeld; — (gemeenz.) omvallen, omrollen : dat ding is wat topzwaar en is al herhaaldelijk omgeduikeld.

Gerelateerde zoekopdrachten