Normaaltrap
(of voltrap, Duitsch: Normalstufe), waarnaast voorkomen de rekkingstrap (Dehnstufe), de zweemtrap (Schwundstufe) en de nultrap (Nullstufe). Deze termen worden gebruikt voor de accent- en kwantiteitsverschillen van één en dezelfde silbe in den Oer-Indogermaanschen tijd. In het Grieksch en Latijn zijn deze nog het duidelijkst bewaard ge...