Wat is de betekenis van nodosus?

2025-07-24
Verklarend Woordenboek Plantennamen

Dr. C. A. Backer (1936)

nodosus

nodósus (-a, -um), - van Lat. nodus, knoop, knobbel: met gezwollen knoopen, knobbelig.

2025-07-24
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Nōdōsus

vol knopen, - knoesten, - knokkels, knoestig, knobbelig. | fig., ingewikkeld; bindend, verbindend; Cicuta, een woekeraar, die goed opgestelde, bindende schuldbekentenissen wist te schrijven, knopenstrikker, Hor.

2025-07-24
Prisma Latijn Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten