Misval
o. (-len), 1. (Zuidn.) ongeval, ongeluk; 2. (gew., Zuidn.) miskraam.
Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)
miskraam Ze kreeg drie kinderen en daarna nog een misval. Ik was vroedvrouw in die tijd, dus ik weet dat allemaal, ik was erbij. Die kinderen heetten Rosse Pier, Zotte Frans en Puistige Mariëtte.' 'Maar wat wilt gij nu eigenlijk zeggen, Deborah? (Herman Brusselmans, Heilige schrik) Geen Algmeen Nederlands Gangbaarhei...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Peter Bakema (2003)
(de, -len) miskraam. Het is in die haast onmogelijke context dat New DAT geboren moet worden. Iedereen houdt er rekening mee dat het een misval aan het worden is met als gevolg dat er aan de werklozenlijst die Sabena creëerde nog duizenden namen kunnen worden toegevoegd. - DM, 13-12-2001.
Walter De Clerck (1981)
1. Miskraam. Vergeef me dat ik iets zeg over Elise, in haar witte kliniekkamer. Ze hadden zo graag een kindje, driemaal een misval. En nu weer in verwachting: zes maanden liggen, Vrouw en Wereld juli/aug. 1974, p. s. Na een misval had de dokter gezegd dat alle moeite tevergeefs zou zijn, Vrouw en Wereld nov. 1977, p. 45. 2. Ongeluk,...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: