Wat is de betekenis van Matschudding maken?

2025-07-24
Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Matschudding maken

D.w.z. drukte, herrie, (koude) bereddering, ruzie maken. In dezen zin komt het woord pas in de 19de eeuw voor. In de 17de eeuw verstond men er onder ‘gruis, en die vuiligheid (het sij van Kooren of Rijst ens.) die als de vaartuigen gelost sijn, bij een geveegd, en op een mat te verlugten geleid werden’ (Winschooten, 154). Halma, 341 gee...