Wat is de betekenis van Malchus?

(19e eeuw) (stud.) pispot met één oor. Ook als spotnaam voor een lobbes. • Malchus, (stud.), zeker slaapkamermeubel, dat evenals Malchus (Joh. XVIII:10) slechts één oor heeft. (Taco H. de Beer en E. Laurillard: Woordenschat, verklaring van woorden en uitdrukkingen. 1899) • Een Malchus. Een lobbes. Malchus, de...

de knecht van de hogepriester, wie Petrus bij Jezus’ gevangenneming het oor afsloeg, Joh. 18 : 10.

volgens Joh. 18 : 10 een dienaar van de hogepriester, wiens oor door Petrus werd afgeslagen.

m.; Z.-N. lobbes.

dienstknecht v. Kajafas, wiens oor door Petrus werd afgehouwen b/d gevangenneming v. Jezus.

Knecht van den hoogepriester Caiphas. Petrus sloeg hem bij Jesus’ gevangenneming het rechteroor af, maar Jesus genas den knecht (Lc. 22,50 ; Joh. 18,10).

('malchus) dienstknecht van Calphas, wiens oor door de apostel Petrus, bij Jezus' gevangenneming, werd afgehouwen.

Bekend uit het verhaal van de gevangenneming van Jezus in Gethsemané, als de dienstknecht van den Hoogepriester dien Petrus om Jezus te verdedigen, met het zwaard sloeg, waardoor hem een oor afgehouwen werd (Joh. 18 : 10). Hij werd op hetzelfde oogenblik toonbeeld van Jezus’ liefde en macht, daar Jezus het oor heelde, en alzoo het voor...

Malchus - Μάλχος, 1) carthaagsch veldheer, ± 600–550, had eerst op Sicilië en Sardinië groote veroveringen gemaakt, en is daardoor de eigenlijke grondlegger geworden van de macht van Carthago, maar toen hij later op Sardinia eene groote nederlaag geleden had, werd hij uit Carthago verbannen. Hij t...