Luiszak
m., (Zuidn.) (scheldnaam) m. (-ken), luisbos; vuil mens.
Marc de Coster (2007)
vies, vuil iemand. Volgens Van Dale gewestelijk. Want Noël had geen zin in, om mee te trappen of hij was met zijn gedachten nog op school, enfin, zij trapt voor twee want als ge achterop zit en ge trapt niet mee, dan zijt ge dood gewicht en Alma roept naar hem: ‘Noël, luiszak, duwen.’ (Hugo Claus, De geruchten, 1996)
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: