Wat is de betekenis van -ling?

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

-ling

-ling - Achtervoegsel 1. die aan een plaats gebonden is 2. een eigenschap heeft zoals aangeduid door de stam waaraan het achtervoegsel gehecht wordt 3. iemand die het genoemde heeft of ertoe gezind is 4. iemand die de genoemde handeling verricht of ondergaat

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

-ling

avgs. [ing in gevallen als edeling) vormt mannelijke persoonsnamen die: 1. een eigenschap bezitten: vreemdeling. 2. een werking verrichten: leerling. 3. een bepaalde plaats bewonen: dorpeling, hemeling.

2025-07-28
Etymologisch Woordenboek

Instituut voor de Nederlandse taal

-ling

-ling achterv. dat persoonsaanduidingen vormt categorie: geleed woord Onl. jungeling 'jongeling' in thar beniamin iungelig (lees: iungeling) 'daar is Benjamin, de jonge man' [10e eeuw; W.Ps.], kamerling 'kamerheer' als toenaam van Gerardus Kamerling [1122; Debrabandere 2003], etheling...