Wat is de betekenis van Leiboom?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Leiboom

m. (...bomen), 1. boom die tegen een muur, schutting enz. geleid wordt; 2. elk der beide palen aan een heitoestel waartussen het heiblok op- en neerglijdt.

2025-07-25
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Leiboom

Vroeger meer dan tegenwoordig, hechtte men waarde aan het maken van kunstmatige vormen van onze fruitbomen (vormbomen). Men vormde deze dan tegen huizen en schuren, terwijl men ook wel muren bouwde speciaal met het doel hier l. tegen te kweken. Ook in het vrije veld van de fruittuin werden deze leibomen gekweekt en dan meestal tegen een hekwerk van...

2025-07-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Leiboom

s., leiderbeam; (van heitoestel), lei(jer)poat.

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

leiboom

m. leibomen (die men nl. leidt bet. 1.).

2025-07-25
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Leiboom

Boom, waarvan de takken kunstmatig in een bepaalde richting worden geleid, waardoor eenerzijds de takken dichter bij een warmen muur kunnen komen, anderzijds aan eischen van gemak of netheid kan worden tegemoetgekomen. Eenige modellen van leiboom zijn de waaier, staande en liggende snoeren, palmetten en de regelmatige pyramide. De snoei van l. is b...

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

leiboom

('lei) m. (...bomen) boom, die tegen een muur, latwerk enz. geleid wordt. →: Syn. latboom.

2025-07-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)