Wat is de betekenis van Knippen, snijden?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Knippen, snijden

(knipte, heeft geknipt), 1. snijden met een schaar (in iets), hetzij om het te verdelen of om insnijdingen er in te maken : een stevige schaar om bordpapier te knippen; bladerdeeg kan men knippen; iets stuk knippen’, — (onoverg.) in iets knippen, er een of meer sneden met de schaar in geven ; — mosse...