Wat is de betekenis van Klet?

2025-07-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

klet

(17e eeuw) (plat en vero.) pret, plezier. 'Wat zullen wij een klet hebben'. Reeds in het werk van de Nederlandse schrijver en dichter Pieter Langendijk (1683 -1756). • Blijft nog wel het probleem dat het vaak niet zozeer de woordenschat is waardoor bepaald taalgebruik zich kenmerkt, maar eerder klank- en woordvormingsverschijnselen. Slechts l...

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

klet

v. (kleefkruid); zie klit, klis.

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

klet

v. (-ten) klit.

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Klet

KLET, v. (plantk.) kleefkruid.