Wat is de betekenis van kippenneuker?

2025-07-23
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

kippenneuker

(1964) (scheldw.) letterlijk: iemand die sodomie pleegt met een kip (in die betekenis bijvoorbeeld terug te vinden bij Hans Hoenjet: De wraakengel. 1989) maar in het taalgebruik van jongeren (sedert de tweede helft van de twintigste eeuw) een scheldwoord voor een afschuwelijk of pietluttig persoon; soms ook voor een erg dom iemand. Verder nog gebru...

2025-07-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kippenneuker

kippenneuker - Zelfstandignaamwoord 1. (scheldwoord) afschuwelijk of pietluttig persoon Woordherkomst samenstelling van kip en neuker met het invoegsel -en-

2025-07-23
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

kippenneuker

(vnl. jeugdtaal) afschuwelijk of pietluttig persoon; soms ook een erg dom iemand. Letterlijk: iemand die sodomie pleegt met een kip (in die betekenis bijvoorbeeld terug te vinden bij Hans Hoenjet, De wraakengel, 1989). Sedert de tweede helft van de twintigste eeuw. Verder nog gebruikt als schimpnaam voor een inwoner van Barneveld (zie Laps). In he...

2025-07-23
Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Kippenneuker

Kippenneuker - vnl. in jeugdslang als scheldwoord voor een pietluttig persoon; ook voor een erg dom iemand. In het Amerikaanse slang bestaat een gelijkaardig invectief: pigfucker. Suppoosten zijn minder betrouwbaar, banger en dommer dan de gemiddelde nationale kippenneuker maar totaal debiel zijn ze niet. Paul van Mook: Bajesverhalen, 1980 Het hel...