Kinnebak
v. (-ken), 1. onderkaak als deel van het skelet; — soms: kin; 2. (mv.) kaakbeenderen, kaken; ook in ’t enk. als collectief.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-ken), 1. onderkaak als deel van het skelet; — soms: kin; 2. (mv.) kaakbeenderen, kaken; ook in ’t enk. als collectief.
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip kinnebak heeft 3 verschillende betekenissen: 1) onderkaak. grote, hoekige onderkaak, bv. bij een dier zoals een paard of, met negatieve bijgedachte aan een plompe, onelegante vorm, bij een mens. 2) onderkaakbeen. onderkaakbeen van een dier. 3) wangvlees. stuk of portie wangvlees van een geslacht dier.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
kinnebak - Zelfstandignaamwoord 1. (anatomie) onderkaak en wang ♢ „Godallemachtig wat een kinnebak heeft zij. Ik zie gelijkenis met dat beest in de modder op de kinderboerderij.” ♢ Kom niet aan de traditionele recepten van de Italianen. Goed, er is ergens een auteur...
Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)
De zeventiende-eeuwse verbinding bij Gods kinnebak ‘bij de kaak, koon of wang van God’ is een historische eedformule waarin God en zijn kaak tot getuigen worden aangeroepen dat men de waarheid spreekt. Het ijdel gebruik van die eedformule maakt haar tot vloek, die, om anderen niet te kwetsen, verbasterd en dus afgez...
Veerman (1954)
is het vet en vlees, dat bij het varken op de onder- of achterkaak zit. Men spreekt dikwijls van wangen. De k. ziet men graag weinig ontwikkeld. Zware k. (kwabbige kaken) wijzen op een te grote neiging tot vetaanzet.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: